Vertaal
Vertalingen geld besparen NL>FR
geld besparen (ww.) économiser (ww.) ; épargner (ww.) ; gagner (ww.) ; ménager (ww.)
geld besparen économiser de l'argent
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek


Voorbeeldzinnen met `geld besparen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: besparen
NL: matigen
NL: minder gebruiken